Baby wil niet alleen slapen, wat te doen?
Het is “normaal” dat je baby tot 4 tot 6 maanden je kamer deelt (maar niet je bed), daarna moet je leren om je van elkaar te scheiden en moet je baby alleen slapen, in zijn eigen bed.
Als je baby met je wil slapen of niet alleen in slaap kan vallen, zijn er natuurlijk veel mogelijke oorzaken afhankelijk van de leeftijd:
- Je lukt het niet om je van hem te scheiden, ongeacht de redenen.
- Je hebt niet geleerd hem richtlijnen te geven, vooral als hij zich verzet tegen slapen en je alles probeert (armen, kinderwagen, etc.) om hem in slaap te krijgen. Hij moet wakker worden op de plek waar hij in slaap is gevallen.
- Hij is bang… voor de wolf, het donker, monsters, heksen, etc.… wat samenvalt met de ontwikkeling en de explosie van zijn verbeelding.
- Hij heeft een enge nachtmerrie gehad en slapen met jou geeft hem geruststelling: zijn veiligheid wordt jouw bed!!!!!
- Hij is bang om verlaten te worden na een geboorte in de familie of wanneer hij ’s avonds of ’s ochtends niet één van zijn ouders ziet vanwege een late thuiskomst ’s avonds of een vroege vertrek ’s ochtends, of na een verhuizing, of een reis…
- Hij wordt jaloers op een van zijn ouders (Oedipus) en probeert de aandacht op zich te vestigen
Wat kan je dan doen ?
- Voer een bedtijdritueel in (verhaaltje, liedje, knuffels schikken, knuffel) altijd op hetzelfde moment, in dezelfde volgorde maar in zijn/haar eigen bed, blijf dan nog even bij hem/haar maar vertrek voor hij/zij helemaal in slaap is. Als hij/zij je terugroept, wees geruststellend met kalmte maar ook met vastberadenheid. Ga niet mee in een vicieuze cirkel.
- Als hij/zij ouder is en bang is, praat erover en stel hem/haar gerust over zijn/haar angsten, maar ga niet mee in zijn/haar logica om hem/haar gerust te stellen. Reageer niet op zijn/haar angsten door je eigen angsten te tonen of je schuldig te voelen. Is hij/zij bang in het donker, waarom geen klein nachtlampje ?!
- Leer hem/haar overdag om af en toe alleen te spelen in zijn/haar wipstoeltje of parkje.
- Let op de kleine signalen van vermoeidheid (geeuwen, aan het oor of de ogen wrijven) maar wacht niet tot hij/zij midden in een slaapcyclus zit om hem/haar naar bed te brengen. Dat werkt niet. Leer deze slaapcycli herkennen en respecteren.
- Geef hem/haar overdag een rustige, kalme en beschermende omgeving.
- Laat hem/haar jouw spanningen, stress of zorgen niet zien en als er iets belangrijks in de familie is gebeurd waardoor je van streek bent, als je verdrietig bent, leg dan uit dat het niet door hem/haar komt en dat hij/zij zich geen zorgen hoeft te maken.
- Zijn/haar positie in het bed en de plaats van het bed in de kamer moeten hem/haar toelaten te zien wat er gebeurt, en vooral de deur waardoor je vertrekt maar hem/haar ’s morgens weer komt halen.
Dit alles is niet gemakkelijk, maar een rustige en liefdevolle vastberadenheid zou je moeten helpen om dit probleem te vermijden.